Book Review: ’Dead aid, Why aid is not working and how there is another way for Africa ’ – Dr. Dambisa Moyo

‘Dead Aid’ van Dr Dambisa Moyo zou het best omschreven kunnen worden als ‘intellectueel’. Hiermee wordt bedoeld dat Dr. Moyo dit werkt lijkt te hebben geschreven met haar academische collega’s en andere academici in gedachten.

Net als de review van ‘The Capitalist Nigger’ van Dr. Onyeani, zal ook ‘Dead Aid’ worden beoordeeld langs de dimensies van inhoud, toon en relevantie.

De inhoud

‘Dead Aid’ is een grondige analyse van de (macro) economische situatie waarin het leeuwendeel, indien niet alle Afrikaanse landen zich bevinden. In deze analyse wordt ingegaan op en uitgelegd welke sociale, politieke en maatschappelijke gevolgen deze situatie heeft op het leven in deze landen.

Bij het uitvoeren van deze analyse, straalt niet alleen de academische achtergrond van Dr. Moyo door, maar ook haar ervaring in de wereld van het zakenbankieren. Dit blijkt uit haar koppeling van een erg systematische opbouw en praktisch oplossingsmodellen met onderbouwing (allemaal makkelijk na te trekken).

Haar analyse geeft een overzicht van wat Aid, ontwikkelingshulp, precies is. De verschillende vormen van ontwikkelingshulp, de oorsprong van het ontwikkelingshulpdenken en hoe ontwikkelingshulp op basis daarvan zich steeds heeft aangepast aan de veranderde inzichten.

Dr. Moyo legt hierna haarfijn uit waarom haar boek ‘Dead Aid’, dode hulp (of misschien zelfs beter gezegd; dodende hulp). Met het gemak van iemand die het onderwerp volledig in de vingers heeft, legt ze uit hoe de ontwikkelingshulp het gezonde politieke proces in een land ondermijnd, de gevolgen daarvan op de economie en het leven van burgers uiteindelijk.

Na de analyse draagt Dr. Moyo systematisch uit hoe in haar beleving de economie van een Afrikaans land, beschadigd door deze vorm van ontwikkelingshulp, weer op de rit gekregen kan worden. Ze bediend zich hierbij van verschillende voorbeelden en een heel arsenaal van historische marktgegevens om haar strategie te onderbouwen.

In het aanreiken van oplossende strategieën schuwt Dr. Moyo het voorstellen van het controversiële niet. Zij is duidelijk erg geoefend in onconventioneel denken en maakt hier haast met moedwillige onverschilligheid gebruik van, wars van wat anderen zouden kunnen denken over hoe ver ze bereid is te gaan.

De toon

De algemene toon van ‘Dead Aid’ is een optimistische en strijdbare. Dr. Moyo legt op een zakelijke, bijna klinische manier de vinger op de zere plek, zonder daarbij verbitterd over te komen. Dit ondanks het feit dat ze behoorlijk wat voorbeelden aanhaalt, over situaties die zich in haar beleving niet hoefden te ontstaan, maar toch voortduren.

De optimistische en strijdbare toon schijnt voort te komen uit haar onwrikbaar geloof, meer nog overtuiging dat hoewel de situatie nijpend is, het absoluut te corrigeren is door de Afrikaan zelf. In die zin is de toon ronduit revolutionair. Dr. Moyo ziet het niet als mogelijk, maar als gegeven dat de Afrikaanse naties in staat zijn om binnen afzienbare tijd zichzelf te bevrijden uit de permanente staat van armoede die niet lang na het tijdperk van het kolonialisme is begonnen.

De toon van ‘Dead Aid’ is in die zin besmettelijk. De haast achteloze manier waarop een probleem, dat al decennia lang bestaat, wordt ontleed is aanstekelijk. “We kunnen dit hebben, we kunnen dit doen, al moeten wij daarvoor dingen doen waar anderen niet over durven na te denken, we doen het gewoon”.

Op een rare manier lijkt de toon op de geestelijke opsomming van een volk dat al generaties tot het uiterste wordt gedreven, maar na dit alles de weg uit de situatie niet uit het oog is verloren.

De relevantie

De beelden over donker gekleurde vluchtelingen die de Europese enclaves in Noord-Afrika bestormen en op gammele bootjes de oversteek wagen naar het ‘beloofde land’, spreken boekdelen over de relevantie van dit boek dat intussen al acht jaar terug is verschenen.

Raar genoeg is ‘Dead Aid’ niet alleen relevant voor de zwarte mens die in Afrika probeert om een natie weer op de rails te krijgen. De relevantie reikt ook naar ons wonend in de ‘ontwikkelde’ wereld. Dezelfde mechanismen die ontwikkelingshulp funest maken voor de economie van een Afrikaans land, maken subsidies funest voor Afro gemeenschappen en organisaties hier in Europa/Nederland.

Macro of micro niveau maken hierbij weinig uit. Financiële geldstromen die van buiten de (zwarte) gemeenschap komen, als aalmoes bedoeld, horen anathema te zijn. Niet uit trots alleen, maar meer nog uit lijfsbehoud en begrip van de overal aanwezige en geldende natuurwetten. Zij die deze wetten overtreden, worden door de natuur tot de dood veroordeeld.